Mijn kind heeft astma, wat nu?
Astma is een ziekte die niet meer over gaat. Dat wil niet zeggen dat je kind er altijd last van heeft. Maar astma is hoe dan ook altijd op de achtergrond aanwezig. Je kind heeft door astma vaker last van vermoeidheid, benauwdheid en hoesten. Soms blijft het achter in de groei.
Je kind krijgt medicijnen en het is belangrijk dat hij bepaalde prikkels vermijdt.
"Soms voelt het alsof ik door een heel klein gaatje moet ademen" - Julia, heeft astma.
Medicijnen bij kinderen met astma
Astma betekent bijna altijd dat je kind medicijnen krijgt van zijn arts. Het goede nieuws is dat met deze medicijnen astma meestal goed onder controle is te houden. Onder controle wil zeggen dat jouw kind zo min mogelijk klachten heeft en een normaal leven leidt. Medicijnen worden ingeademd met een inhalator (een puffer). Zo komen ze direct in de longen terecht. Soms wordt er gekozen voor medicijnen in tabletvorm.
Astma geeft beperkingen, waardoor je zoon of dochter soms niet alles kan doen wat hij wil. Hierdoor is jouw kind misschien boos, onzeker of verdrietig. Dat is heel normaal. Je kunt zelf ook last hebben van dit soort gevoelens, omdat dit juist jouw kind moet overkomen. Of omdat je een machteloos gevoel hebt. Vaak helpt het om erover te praten. Binnen het gezin, op school of bij de sportvereniging. Gelukkig kunnen de meeste kinderen goed leven met astma. Zij kunnen naar school, sporten en hun dagelijkse dingen doen. Heb je behoefte aan uitwisselen van ervaringen? Dat kan online via het Longforum. Praat je liever persoonlijk met ouders in dezelfde situatie? Kijk dan op Longpunt. Er zijn in Nederland 50 plaatsen waar regelmatig bijeenkomsten worden georganiseerd.
Prikkels vermijden
Heeft jouw kind last van bepaalde prikkels, zoals stof, huisdieren of sigarettenrook? Vermijd deze dan zoveel mogelijk. Dat kan soms betekenen dat je gezin misschien afscheid moet nemen van de hond of poes. Dat is natuurlijk erg verdrietig. Probeer je kind zo goed mogelijk uit te leggen dat hij ziek wordt van de huidschilfers van het dier. Een geschikt huisdier voor je kind met astma is bijvoorbeeld een vis, of schildpad.
Lees meer over prikkels en hoe je die kunt vermijden.
Astma-aanval, wat kan ik doen?
Zelfs als jij en je kind alle adviezen opvolgen en je kind trouw zijn medicijnen neemt, kan je kind nog steeds een astma-aanval krijgen. Je kind heeft dan moeite met ademhalen, omdat hij zijn lucht niet kwijtraakt. Bespreek vooraf met je huisarts, kinderarts of longarts wat je in zo'n geval moet doen. Een astma-aanval kan angstig zijn en kinderen kunnen er flink van schrikken. Blijf zo rustig mogelijk. Als je zelf in paniek raakt wordt je kind zelf ook angstig en dat maakt het er niet beter op. Laat je kind direct zijn medicijnen innemen op de manier waarop dit in het zorgplan is omschreven en concentreer je op zijn ademhaling. Gaat de aanval niet over, neem dan meteen contact op met de arts.
Hoeveel last krijgt mijn kind van astma?
Het is moeilijk te zeggen hoeveel invloed astma heeft op het leven van je kind. Het ene kind heeft met de juiste behandeling en de juiste manier van leven weinig last. Een ander blijft er meer last van houden. Het kan van moment tot moment verschillen hoeveel last je kind heeft. Soms kan je zoon of dochter ‘s ochtends niet naar school, terwijl het ‘s middags weer kan buitenspelen. Anderen begrijpen niet altijd hoe dat komt. Een goede manier om dit uit te leggen is om je kind op school een spreekbeurt te laten geven over astma.
Geef je kind eigen verantwoordelijkheid
Als je kind nog jong is, ligt de zorg volledig bij jou. Je kind moet nog leren wat niet goed voor hem is. Maar het is belangrijk om je kind stapje voor stapje meer verantwoordelijkheid te geven. Bijvoorbeeld bij het innemen van medicijnen, of het vermijden van stoffen waar hij allergisch voor is. Je kunt hem eerst zelfstandig zijn medicijnen laten innemen en hem leren wanneer het hier tijd voor is. Op die manier leert je kind zelf verantwoordelijk te worden en kun je hem bewust maken van wat astma betekent in het dagelijks leven.