Sarcoïdose
Sarcoïdose heet ook wel de ziekte van Besnier Boeck (Schaumann) en is een zeldzame ziekte die zich op verschillende manieren kan uiten. Sarcoïdose is meestal niet levensbedreigend.
Bij sarcoïdose ontstaan ontstekingen in organen en weefsels zoals de longen, lymfeklieren, ogen of huid. Bij zo’n ontsteking ontstaan er opeenhopingen van afweercellen (witte bloedlichaampjes). Zo’n ophoping noemen we een granuloom.
Bij de meeste mensen met sarcoïdose verdwijnen de granulomen vanzelf, soms zonder dat ze er überhaupt iets van hebben gemerkt. Bij anderen blijven de granulomen.
Sarcoïdose in de longen
Sarcoïdose kan in het hele lichaam voorkomen. De ziekte komt vaak voor in de longen, lymfeklieren of de huid. De gevaarlijkste plaatsen zijn het hart en het zenuwstelsel. Negen van de tien mensen met sarcoïdose hebben er last van in de longen.
Bij sarcoïdose in de longen raakt het longweefsel langzaam vol met littekens, waardoor de longen na verloop van tijd blijvend beschadigd raken. Op longfoto’s ziet deze ernstige vorm eruit als een patroon van streepjes en vlekjes, meestal in het midden van de longen. De gevolgen van sarcoïdose in de longen zijn vaak klachten zoals benauwdheid en hoesten. Ook kan de longfunctie achteruitgaan.
Aantallen
In Nederland hebben naar schatting tussen de 5000 en 8000 mensen de diagnose sarcoïdose. Het komt even vaak voor bij mannen als bij vrouwen. De ziekte komt het meest voor bij mensen tussen de twintig en veertig jaar oud. Bij zeven op de tien mensen gaat de ziekte binnen twee tot drie jaar weer over. Bij de overige drie op de tien ontstaat er blijvende schade aan de longen en noemen we sarcoïdose een blijvende ziekte.