Oorzaken van bronchiëctasieën
Sporadisch worden mensen geboren met bronchiëctasieën. In de meeste gevallen ontstaat de ziekte door een duidelijk aan te wijzen gebeurtenis. Zo zijn bronchiëctasieën vaak een complicatie van een andere ziekte aan de luchtwegen, zoals een longontsteking, kinkhoest of cystic fibrosis (taaislijmziekte). Bij ruim 30% van de mensen met bronchiëctasieën is de oorzaak niet te achterhalen.
Omdat kinderen al vele jaren tegen veel luchtwegproblemen worden ingeënt, is cystic fibrosis tegenwoordig de grootste oorzaak van bronchiëctasieën. Ook de vele ontstekingen in de longen bij COPD leiden soms tot bronchiëctasieën. De longen raken daar zo beschadigd van, dat bronchiëctasieën ontstaan. Een enkele keer wordt bronchiëctasieën veroorzaakt door astma.
Het verkeerde keelgat
Soms ontstaan bronchiëctasieën in gezonde luchtwegen door het inademen van een stukje voedsel. Denk aan een pinda of rijstkorrel die in het ‘verkeerde keelgat’ schiet. De kans dat dit tot bronchiëctasieën leidt is klein, maar als het gebeurt treden er problemen op in een gedeelte van de long. Het ingeademde stukje voedsel blokkeert dan plaatselijk de luchtweg, waardoor er geen lucht naar binnen kan en geen slijm naar buiten. Als je eenmaal bronchiëctasieën hebt, kan het aangetaste deel van de longen steeds iets groter worden.
Erfelijke oorzaak
Soms hebben bronchiëctasieën een erfelijk oorzaak, bijvoorbeeld als je geboren bent met cystic fibrosis. Het kan zijn dat je eerst nog geen symptomen hebt van bronchiëctasieën, omdat de cystic fibrosis op de voorgrond staat. Door de schade die cystic fibrosis aanricht, ontstaan bronchiëctasieën uiteindelijk.