Een longaanval? Kom in actie!
Een longaanval bij COPD is een heftige gebeurtenis die grote gevolgen heeft voor je gezondheid. Niet alleen voor nu, maar ook voor later. Daarom is snel in actie komen belangrijk. Het longaanval actieplan helpt je daarbij.
Kortademigheid, hoesten, slijm opgeven en vermoeidheid, het zijn klachten die iedereen met COPD herkent. Maar soms zijn deze klachten erger dan normaal. ‘Als dit langer dan twee dagen duurt, heb je te maken met een longaanval’, legt verpleegkundig specialist Els Fikkers uit. ‘Mensen krijgen het weleens zo benauwd dat ze denken dat ze dood gaan. Soms komen ze zelfs in het ziekenhuis terecht.’ Een longaanval heeft grote gevolgen. ‘Allereerst heeft een ziekenhuisopname veel invloed op het dagelijks leven. Daarnaast heeft een longaanval ook gevolgen voor later. Hoe meer longaanvallen en ziekenhuisopnames, hoe groter het risico dat iemand eerder overlijdt door de COPD. Daarom is het echt belangrijk om op tijd in actie te komen. Heb je meer klachten dan normaal? Kijk het twee dagen aan en trek dan aan de bel. Heb je koorts? Bel dan direct de dokter.’
Neem het ingevulde longaanval actieplan mee naar je arts of therapeut
Op tijd hulp vragen
Het longaanval actieplan is een soort plan van aanpak op papier. Het plan helpt mensen om op tijd de juiste hulp in te schakelen. Je vult het samen met je zorgverlener in. Meestal is dit de praktijkondersteuner van de huisarts of de longverpleegkundige in het ziekenhuis. Wat staat erin? Allereerst welke medicijnen je gebruikt, vertelt Els Fikkers. ‘Dus welke puffers je elke dag neemt en welke puffer je alleen gebruikt als je erg benauwd bent. Ook als mensen extra zuurstof of prednison gebruiken, is dat te lezen in het plan. Daarnaast staat er duidelijk in welke klachten bij jou wijzen op een longaanval. Dat kan bijvoorbeeld zijn dat je meer dan normaal last hebt van kortademigheid, slijm of hoesten. Er staat ook in wat je kunt doen als je deze klachten hebt, zoals extra medicijnen innemen. Tot slot vertelt het plan wie je moet bellen als het niet beter gaat.’
Groen – geel – oranje - rood
Zelf gebruikt Els Fikkers het longaanval actieplan van Longfonds voor haar patiënten. ‘Dat is een grote kaart op papier die een beetje lijkt op een menukaart. Het plan werkt met kleuren: groen, geel, oranje en rood. Zit je in het groene deel, dan is alles normaal. Heb je meer klachten dan normaal, dan kom je in het gele deel. Daarin staan tips over wat je kunt doen om de klachten minder te maken. Als de klachten langer duren dan twee dagen, kom je in het oranje deel. Dan moet je je zorgverlener bellen. Als het echt niet goed gaat, kom je in het rode deel en bel je 112.’
Er bestaan ook andere longaanval actieplannen. ‘Sommige ziekenhuizen of revalidatiecentra hebben een eigen plan. Welk plan iemand ook gebruikt, het is belangrijk dat er iets op papier staat. En dat duidelijk is wat het plan inhoudt en hoe je het gebruikt. De longverpleegkundige of praktijkondersteuner kan dit uitleggen.’
Heeft u al twee dagen meer klachten dan normaal? Trek aan de bel
Regelmatig bijwerken
Is het longaanval actieplan eenmaal ingevuld, dan kun je het steeds meenemen als je een afspraak hebt bij de huisarts of in het ziekenhuis. Maar bijvoorbeeld ook als je naar de diëtist of de fysiotherapeut gaat. In het plan staan namelijk ook tips en adviezen over voeding en bewegen. Els Fikkers: ‘Het is goed om daar met de diëtist of fysiotherapeut over te praten. Daarnaast is het belangrijk om regelmatig te controleren of alles nog klopt. Er verandert weleens iets aan de medicijnen die je gebruikt. Ook als je zuurstof gaat gebruiken, noteer je dit bijvoorbeeld in het plan.’
Een longaanval actieplan is niet alleen belangrijk voor iemand met COPD zelf. Ook voor de mantelzorgers is het belangrijk om te weten dat het plan er is en wat erin staat. ‘Vaak maken zij zich het meeste zorgen als het niet goed gaat met degene die ziek is. Voor hen is het dus ook belangrijk om iets van een longaanval te weten. Wat is het, hoe kun je het voorkomen en wat moet je doen als iemand toch een longaanval krijgt?’
Inhalatiecheck
Het liefste wil je natuurlijk een longaanval voorkomen. Hoewel dat niet altijd lukt, zijn er veel dingen die je kunt doen om het risico kleiner te maken. ‘Stoppen met roken is heel belangrijk’, vertelt Els Fikkers. ‘En ook meer bewegen, bijvoorbeeld door fysiotherapie. Daarnaast is het heel belangrijk dat je weet hoe je jouw medicijnen op de juiste manier gebruikt. Dat je weet wanneer je welke puffers moet gebruiken en hoe je dat doet. Dat gaat nog best vaak mis. Soms hebben mensen niet in de gaten dat hun puffer leeg is. Ook gaat het inhaleren niet altijd goed. Daarom is het heel belangrijk dat je minimaal één keer per jaar een inhalatiecheck doet. De apothekersassistent, praktijkondersteuner of longverpleegkundige controleert dan of je de medicijnen nog steeds goed inneemt. Denk niet: ik doe het al jaren en ik weet wel hoe het moet. En zeg de afspraak niet af, maar ga hier vooral naartoe. Zo’n check hoeft niet lang te duren, maar is wel belangrijk.’
Tekst: Jessica Brussee
Tips & adviezen
- Heb je nog geen longaanval actieplan, dan vraag je er hier gratis een aan.
- Vul het longaanval actieplan in samen met je zorgverlener.
- De praktijkondersteuner, longverpleegkundige, huisarts of longarts helpen je graag.
- Bewaar het longaanval actieplan op een vaste plek in huis. Zo kun je het altijd gemakkelijk vinden.
- Vertel ook je familie en andere mantelzorgers dat je een longaanval actieplan heeft. Laat het hen lezen. Zo weten ook zij wat ze moeten doen in geval van nood.
- Zorg dat je goed weet wie je moet bellen als je een longaanval hebt.
- Neem je longaanval actieplan mee als je je zorgverleners bezoekt. Bespreek samen of alles wat erin staat nog klopt.